Oud. En Nieuw.
zon 1 jan 2023
Het oude jaar zit er op, het nieuwe is begonnen. Het was de bedoeling dat het oude met een klap zou eindigen. Eindelijk - na drie verloren finales – zouden we wereldkampioen voetbal worden. De bondscoach geloofde er in ieder geval heilig in. ‘I believe we can come an end.’
De afloop is bekend: erg ver kwam Nederland niet. Van Gaal excelleerde vooral op de persconferenties. De strafschoppen waar zo’n heisa over was gemaakt leken uiteindelijk nergens op. Maar vooral, en eerlijk is eerlijk: het elftal was gewoon niet goed genoeg.
Was Messi dan de winnaar van het WK? Natuurlijk, er ging er maar een met de beker naar huis. Maar ik betwist dat hij nu de beste speler ooit is. Niemand kan zeggen dat hij geen geweldige speler is. Maar om de beste ooit te zijn is meer nodig. En met zijn wangedrag tegen Oranje declasseerde Messi zichzelf. Voorgoed. En da’s jammer.
Genoeg voetbal. Voor de kerk ging 2022 er wel met een klap uit, maar ook dat was geen erg positieve. Twee dagen voor Kerst publiceerden alle media dat bijna 60% van de Nederlandse bevolking zich niet meer rekent tot een kerk of een levensbeschouwelijke groepering.
Vooral onder katholieken gaat de ontkerkelijking in razend tempo. Protestanten doen het iets beter, maar laten we onszelf niet rijk rekenen. Onze eigen kerk verloor vorig jaar 66.000 leden. De islam blijft overigens constant, en andere religies groeiden een heel klein beetje.
Deze cijfers passen in een trend die we al jaren zien. Kerken in Azië, Afrika en Latijns-Amerika zijn booming, maar de kerk in de hele westerse wereld heeft het zwaar. Een makkelijke verklaring is er niet, secularisatie is een zeer gelaagd en complex fenomeen.
Nu kan geen mens de kerk redden, maar toch valt er wel iets te zeggen. Onderzoek wijst immers uit dat jongere generaties de vorm van een kerkdienst niet erg aansprekend vinden. Kort samengevat: ‘Het verkeerde moment. Eenrichtingsverkeer. En het gaat niet over mij.’ Niettemin zet de kerk tamelijk exclusief in op een dienst op zondagmorgen om 10 uur.
Wonderlijk genoeg tonen alle onderzoeken tegelijk aan dat er grote belangstelling is voor zingeving. Ook jongeren zijn bezig met vragen als: wie ben ik, hoe kan ik leven? Hoe doe ik recht aan de aarde, mijn naaste en mijzelf? Allemaal vragen voor de kerk. We hebben alleen geen vormen om ze ter sprake te brengen op een manier die jongere generaties aanspreekt.
Hoe mooi zou het zijn als we in het komende jaar naast oude en traditionele manieren, ook zoeken naar nieuwe vormen. Op een ander moment dan zondagmorgen. In dialoogvorm. En op een manier die gemeenschap sticht, want daar is behoefte aan. Nieuwe vormen, niet om de kerk te redden, maar omdat het evangelie het waard is. I believe we can come an end.
Mocht daaraan behoefte bestaan, dan kunt u zonder toestemming de column overnemen in kerkblad of op website
Overige columns
Pijn
Ik heb de mooiste baan die er is. Soms kijken mensen me meewarig aan, als ze horen over 170 gemeenten en de taken die erbij horen. Maar gelooft u mij, er is niets mooier dan classispredikant zijn. Steeds weer een nieuwe gemeente: ik ben een kind in een snoepwinkel.
Toch doet classispredikant zijn ook pijn. Bij elk van die 170 gemeenten doet de krimp van de kerk zich immers voelen. Het ledental loopt terug, we komen ambtsdragers tekort, en jongeren vind je slechts met een kaarsje. Ook mijn eigen geschiedenis vertelt een onthullend verhaal.
De kerk waar ik werd gedoopt is nu wijkcentrum. De kerk waar ik belijdenis deed is afgebroken. De pastorie waar ik woonde in mijn eerste gemeente staat op dit moment te koop. En waar we in mijn tweede gemeente ooit werkten met 5 collega’s, zijn er nu nog 2 over. Dat doet pijn.
Ik ben de enige niet, alle kerkmensen kunnen zulke verhalen vertellen. We hebben het er niet dikwijls over, want het stemt ons verdrietig. Maar het is er wel. Afgelopen jaar had ik er meer last van dan eerder. Ik moet niet overdrijven, maar ik lijd aan de teruggang van de kerk.
In mijn intervisiegroep bracht ik het ter sprake. Makkelijk was dat niet, want ook wij praten er niet graag over. Maar het hielp wel. Allereerst de herkenning. De anderen vertelden vergelijkbare verhalen. Alleen al het delen daarvan deed me goed. Ik ben de enige niet.
Maar een van de collega’s had voor zichzelf ook een remedie gevonden. Hij zei: ‘Voor mij heeft het alles te maken met roeping. Dit hier, nu, dit is de taak waartoe ik geroepen ben. De kerk van nu helpen richting toekomst. Andere vormen zoeken. Samenwerken. Dat is mijn roeping.’
Ik heb er de hele zomer op gekauwd, en het heeft me erg geholpen. Met het begrip roeping bracht mijn collega iets van God in, en dat had ik nodig. Want het is mijn kerk niet. Natuurlijk mag het me verdriet doen dat zoveel wat er was er niet meer is. Die pijn is er, en mag er zijn.
Maar ik sta in een lange geschiedenis van de weg die God met de kerk gaat. Dat is een kronkelige weg soms, met kuilen en modderige bochten. Maar ook met weldadige rustplaatsen en onverwachte vergezichten. Dit ene stukje, hier en nu, dat is mijn stukje van die weg.
Op dat stukje weg ga ik komend seizoen weer stappen zetten. Geen idee hoeveel, dat zien we wel. Maar classispredikant blijft de mooiste baan die er is. Samen met gemeenten zoeken hoe we vandaag kerk kunnen zijn. En morgen. Dat is mijn roeping. Die van u trouwens ook.
Mocht daaraan behoefte bestaan, dan kunt u zonder toestemming de column overnemen in kerkblad of op website.